Obsessieve-compulsieve stoornis (dwangstoornis)
Een dwangstoornis wordt gekenmerkt door herhaaldelijk terugkerende dwanggedachten, ook wel obsessies genoemd. Deze gedachten veroorzaken angst en leiden vaak tot dwanghandelingen, of compulsies, die tijdelijk de angst verminderen. De aard van de dwanggedachten varieert en kan bijvoorbeeld te maken hebben met angst voor ongeluk of ziekte.
Een dwangstoornis is heel divers
Er zijn verschillende soorten dwang. Je hebt bijvoorbeeld teldwang, schoonmaakdwang, dwang om dingen niet of juist wel aan te raken. De omgeving vindt het uitvoeren van de dwanghandelingen vaak overbodig. Daarentegen is het voor de persoon met dwang belangrijk de handelingen uit te voeren. Die ervaart veel spanning bij het niet mogen of kunnen uitvoeren van de dwanghandelingen. Dwanghandelingen nemen veel tijd in beslag en de stoornis heeft een sterke invloed op het functioneren in het dagelijks leven.
Is een dwangstoornis te behandelen?
Dwangklachten worden behandeld met cognitieve gedragstherapie (CGT). In de behandeling leer je om op een andere manier te denken over de dwanggedachten. Je gaat stap voor stap situaties opzoeken die eerst vermeden werden of alleen in combinatie met het uitvoeren van dwanghandelingen. Zo leer je dat de angst ook afneemt, zonder dat de dwanghandelingen worden uitgevoerd.
Naast cognitieve gedragstherapie kan ook medicatie voorgeschreven worden. Dit gebeurt in overleg met jou en een psychiater.
Meer informatie over dwangstoornissen
Wil je meer weten over dwangstoornissen? Bezoek dan de websites van Nedkad, de Herstenstichting en de ADF Stichting.