Dwangstoornis

In Nederland heeft 2 procent van de Nederlandse bevolking een dwangstoornis. Het gaat om dwanggedachten en dwanghandelingen, waarover de persoon in kwestie geen controle heeft.

Deze handelingen hebben overeenkomsten met rituelen, omdat ze doorgaans volgens een bepaald patroon worden uitgevoerd. Vaak zijn deze handelingen een reactie op dwangmatige gedachten (obsessies) die men probeert te neutraliseren door de handelingen uit te voeren. Voor de omgeving lijken deze handelingen overbodig, maar voor de persoon die de handelingen uitvoert, lijken deze van sterk belang om nadelige gevolgen te voorkomen. In ernstige gevallen beheerst de dwang hun hele leven.

Er zijn veel verschillende vormen van dwang, zoals controledwang, wasdwang, verzameldwang en obsessies.

De behandeling
Vanuit onderzoek blijkt dat cognitieve gedragstherapie een effectieve therapievorm is. In deze vorm van behandeling wordt stapsgewijs gewerkt aan het opgeven van deze dwangmatige handelingen en worden de dwanggedachten door middel van gedachtenschema’s en gedragsexperimenten aangepakt. Naast gesprekstherapie wordt er ook geregeld medicatie ingezet.

ROM- en Effectmeting
De effecten van de behandeling zullen we meten door middel van vragenlijsten. De effectmetingen ondersteunen uw behandelaar bij het opstellen van het behandelplan en het volgen van tussentijdse resultaten. Het doel van de effectmetingen is om gedurende de behandeling informatie te verzamelen om daarmee de behandeling en het behandelbeleid te volgen en eventueel aan te passen. We meten op drie momenten: voor de start van de behandeling, tussentijds en bij ontslag.